Het leven als theater beleven, dat is zo'n beetje de inzet van deze blogs. Gisteren was ik met Inez bij een expositie van videokunstenaar Isaac Julien. Dat doet er verder niet erg toe, maar in een van die video's legde een architect iets uit over een theater ergens in Brazilië (dat doet er ook niet echt toe). Het is belangrijk, zei hij, dat je als toeschouwer wordt betrokken bij het spel der acteurs. De stoelen mogen niet 'polstered' zijn, niet te comfortabel. De oude Grieken begrepen dat. Hij vergeleek hun theater met voetbal, waar veel toeschouwers ook gewoon in de regen zitten. Dat symboliseert het verschil tussen de toeschouwer en de consument.
Ik bedenk me nu dat ik deze blogs ook zo inzet, al had ik er geen erg in. ik mag blijkbaar van mezelf niet gewoon een boek lezen, of een expositie bekijken. Het schrijven is mijn manier om het verschil met mezelf als consument te markeren. Ik ben toeschouwer.
In mijn vorige blog zei ik dat mijn persoonlijke verhouding tot mijn vader in het spel was, maar ik had vergeten uit te leggen hoe dan. Nu bedenk ik me dat mijn vader, al toen ik nog klein was, na de mis aan ons vroeg waar de preek over was gegaan. Hij wilde erover praten. Dat heeft natuurlijk iets overbodigs. De preek is al de manier van de kerk om iets te zeggen over die wonderlijke teksten van de Bijbel die even daarvoor waren voorgelezen. Het uitleggen of spreken over die teksten zou je dus ook kunnen uitleggen als die distantiëring van de consumentistische houding. We moeten net als de profeet Ezechiël het woord van God 'opeten', maar niet zoals je een koekje naar binnen schuift, of (ongemerkt) toestemming geeft voor cookies.
Een van de scènes in het boek dat ik net uit heb, Die Vermessung der Welt (2005) van Daniel Kehlmann, gaat over de ontmoeting van Alexander von Humboldt met een Lama in een tempel in Kalmukië. De Lama vraagt of Humboldt thee wil. De tolk zegt erbij dat de mensen in die streek er smerige boter doorheen gooien. Nee, zegt Humboldt:
'Humboldt lehnte dankend ab, er vertrage keinen Tee.
Er verstehe, sagte der Lama, auch diese Botschaft.
Es gebe keinen Botschaft, rief Humboldt.
Er verstehe, sagte der Lama.
Unschlüssig verbeugte sich Humboldt, der Lama tat es ihm gleich, und sie machten sich wieder auf den Weg.' (287)
Deze scène bevat in notendop de hele roman van Kehlmann. Belangrijke aspecten zijn in de recensies naar voren gehaald, zoals die van Michaël Zeeman (zie deze link), waarin Kehlmann zelf aan het woord is, en wel in de directe rede. In bovenstaand citaat gebruikt Kehlmann zelf de indirecte rede. Dat is voor hem belangrijk, omdat hij zo de enigszins laconieke toon kan treffen zonder triviaal te worden. Hij creëert bovendien met die indirecte rede de distantie waarmee hij suggereert dat hij historische bronnen heeft gebruikt. Dat is hem zwaar aangerekend, want blijkbaar mag je genieën als Humboldt niet zomaar meesleuren in fictie.
Maar nu even die humor. Er zit veel humor in deze scène. Humboldt zegt gewoon dat hij geen thee wil, en de Lama vat dat op als een boodschap. En dat terwijl Humboldt zo zijn best doet het beleefd te formuleren. Het kan zelfs zijn dat hij eigenlijk wel zin had in die thee, inclusief die smerige boter. Maar hij wil alles correct doen. Zo zijn die Duitsers. Ze willen graag Fransen of Spanjaarden spelen, omdat die correct zijn en de Duitsers niet. En precies daardoor, zegt Kehlmann tegen Zeeman, herken je die Duitsers feilloos. Ze willen alles spelen behalve Duitsers.
Soms vraag ik me af of ik ook een Duitser ben. Ik stond voor dit boek in het geboortehuis van Heinrich Heine, dat tegenwoordig een boekhandel is - overigens wel een hele goeie - en vond dat ik - omdat het zo'n goeie boekhandel was - wel echt een boek moest kopen. Inez zag me twijfelen en gaf me een duwtje in de rug. Later ontdekte ik dat het boek al heel oud is, en echt verslonden is door het grote publiek, het was een enorme bestseller destijds. Daardoor riskeer ik nu ineens mijn distantie kwijt te raken ten opzichte van het consumentisme, misschien ben ik dus ook gewoon maar een consumentist.
Het lijkt of de Lama naar ons stond te kijken, me het boek zag afrekenen en tegen me wilde zeggen: Anton ik begrijp je, ik begrijp dat je dit boek koopt, en ik begrijp je twijfels, ik begrijp je boodschap.
Lees deze blog en al mijn andere als half-komische, stuntelige weerstand tegen dat begrijpen, à la Humboldt.
Leuk, ook met die zelfspot! Cor
BeantwoordenVerwijderen