De uil wordt geassocieerd met de nacht, omdat het een nachtdier is. Toch gaat hij regelmatig joggers te lijf, vooral wanneer hij halfgedomesticeerd was, weer vrijgelaten en bij rennende mensen waarschijnlijk op zoek naar eten dat ze bij zich hebben. Er verschijnen verontrustende berichten hierover uit Zuidoost-Friesland en uit Purmerend. De oorzaak van die halfdomesticatie was het optreden van Hedwig in de Harry Potterboeken en -films. Hedwig was een bode met een brief. De agressieve uilen uit de krant schijnbaar niet, in elk geval hadden ze geen brief bij zich voorzover ik weet. Er moet dus enig denk- en speculatiewerk aan te pas komen om deze uilen te duiden. Misschien, zo speculeer ik, is speculeren überhaupt niets anders dan het raden van een boodschap wanneer die boodschap zelf lijkt te ontbreken. Zo maakte ik onlangs nog mee dat een van oorsprong Franstalige vriendin het woord 'chouette' gebruikte in verband met een herinnering, toen we om twaalf uur naar onze trein sprintten. Chouette betekent 'uiltje', maar ook aangenaam, en heeft meestal betrekking op een leuke avond. Je verkeert nog in een roes van die avond en de Metaxa, maar een halve dag later zet zich de speculatiemachine in werking wat dat uiltje wel en niet te betekenen heeft. In dit verband lijkt de uitspraak die we van Hegel kennen niet van toepassing, namelijk dat de uil van Minerva pas 's avonds uitvliegt. Maar in bredere zin is hij wel van toepassing, het gaat hier om het moment van wijsheid dat altijd pas achteraf komt. Wijsheid heeft te maken met Aufhebung, het passeren van grenzen die je vooraf had gesteld, maar evengoed met het behoud van die grenzen vanuit het nieuw ontstane perspectief. Het is immers de uil die uitvloog vanaf de hellingen van de Akropolis vanwaar hij een prima uitzicht had, maar ook altijd weer terugvloog na de jacht. De uiltjes staan op de in Griekenland geslagen euro's als herinnering aan die overschrijding en terugkeer, van en naar de vermaningen uit Brussel. Het speculeren gaat gepaard met scherpe ogen, waarom uilen bekend staan. Maar ze staan misschien nog meer bekend om hun halfopen ogen. Over jonge bosuilen zegt een website: 'Als je er te dichtbij komt blijven ze doodstil staan en met een half open oog volgen ze je, hopend dat je ze niet ziet.' Een vreemde logica, maar wel begrijpelijk als je denkt aan de loeigrote ogen der uilen die in het donker kunnen werken als reflectoren. Niet zien is niet gezien worden. Het donker van middernacht krijgt hier weer een extra betekenis. De uil wil graag zien maar niet worden opgemerkt. Het blijft een dier. Het is daarom ook tamelijk onwaarschijnlijk dat hij rond middernacht aan je raam verschijnt. Deze blog is ook maar een brief die de uil heeft laten vallen. Onwaarschijnlijk dat hij alsnog bij de juiste adressant wordt bezorgd.
donderdag 26 februari 2015
De personae van Phersu
Dat is toch sterk. Altijd gedacht dat het woord persona was afgeleid van het werkwoord per-sonare, doorheen-klinken. Het betekent in het Latijn masker, en ik had het onmiddellijk gekoppeld aan de idee dat het masker in de Oudheid tevens functioneerde als geluidsversterker. Ergens las ik dat het woord uit het Etruskisch afkomstig is. Persona is de verlatijnste versie van de Etruskische held Phersu, die in de onderwereld verblijft. Bij lijkenspelen kwam hij in verklede gestalte optreden. Dat schijnt een modernere visie te zijn die terrein wint. En dan is er ook nog de in mijn ogen minder waarschijnlijke afleiding uit het Grieks, waar het Latijnse per aan ζώνη (riem, gordel) wordt gekoppeld. Ook hier is de link met verkleden weer de kern.
Een en ander heeft uiteraard gevolgen voor deze blogserie, die ik zo nadrukkelijk in het teken had gesteld van het personare en het masker. En zelfs met terugwerkende kracht. Want gebruik je een woord, dan lijken daar ook de eerdere betekenissen in 'door te klinken'. Je merkt al hoezeer de veronderstelde grondbetekenissen zelf worden gebruikt om het begrip uit te leggen. Bij de uitleg wordt gesproken van 'vertegenwoordigers' van de ene of de andere opvatting, bij mij speelt de 'persoonlijke' voorkeur een rol bij de betekenis.
De Etruskische afleiding is om meerdere redenen intrigerend. Het zou uiteraard kunnen zijn dat de Latijnse term 'persona' zelf een masker is geworden die de Etruskische held aan het zicht onttrok. Maar stel dat het Latijnse theater erfgenaam is van de theatertraditie der Etrusken (waarover ik eerlijk gezegd niets weet), dan maakt ook het Latijnse masker ('persona') daarvan deel uit, en herinnert het woord persona bedoeld of onbedoeld aan Phersu. Je zou zelfs kunnen zeggen dat Phersu, naast de befaamde Griekse traditie, een aartsvader van het Europese theater is. Bij theater (en film, televisie) zitten we in feite nog steeds te kijken naar de onderwereld die bovenkomt.
Deze wat lukraak ogende associatie wordt in mijn ogen versterkt door de gedachte dat de hele portrettraditie van de Romeinen in feite van de Etrusken stamt. Grieken begonnen pas bij Alexander de Grote te hechten aan een precieze, 'persoonlijke', uitbeelding van de held. Romeinen waren daar allang mee vertrouwd via de Etruskische portretten die ze met name kenden van de sarcofagen. De portretten waren herinneringen aan de doden, maar hadden ongetwijfeld ook een religieuze betekenis, een teken dat op een of andere manier functioneerde in de communicatie tussen mens en goden, de goden van de onderwereld.
En zo moet ik mijn eigen, 'persoonlijke' teksten in deze blogserie dus opnieuw tegen het licht houden. Ze waren bedoeld als maskers, gemaskeerde verwijzingen naar mijn therapie, mijn verhouding tot mijn vader, mijn persoonlijke gevoelens die ik niet anders dan gecodeerd kon weergeven. Nu is er in zekere zin Phersu in het spel, een voor mij onbekende, maar in zekere zin ook zeer vertrouwde en zelfs intieme held uit een ver verleden. Minder dan ooit weet ik wat ik beken wanneer ik mijzelf beken, en wat ik doe wanneer ik mezelf maskeer, maar ik blijf er wel geïntrigeerd naar kijken.
Een en ander heeft uiteraard gevolgen voor deze blogserie, die ik zo nadrukkelijk in het teken had gesteld van het personare en het masker. En zelfs met terugwerkende kracht. Want gebruik je een woord, dan lijken daar ook de eerdere betekenissen in 'door te klinken'. Je merkt al hoezeer de veronderstelde grondbetekenissen zelf worden gebruikt om het begrip uit te leggen. Bij de uitleg wordt gesproken van 'vertegenwoordigers' van de ene of de andere opvatting, bij mij speelt de 'persoonlijke' voorkeur een rol bij de betekenis.
De Etruskische afleiding is om meerdere redenen intrigerend. Het zou uiteraard kunnen zijn dat de Latijnse term 'persona' zelf een masker is geworden die de Etruskische held aan het zicht onttrok. Maar stel dat het Latijnse theater erfgenaam is van de theatertraditie der Etrusken (waarover ik eerlijk gezegd niets weet), dan maakt ook het Latijnse masker ('persona') daarvan deel uit, en herinnert het woord persona bedoeld of onbedoeld aan Phersu. Je zou zelfs kunnen zeggen dat Phersu, naast de befaamde Griekse traditie, een aartsvader van het Europese theater is. Bij theater (en film, televisie) zitten we in feite nog steeds te kijken naar de onderwereld die bovenkomt.
Deze wat lukraak ogende associatie wordt in mijn ogen versterkt door de gedachte dat de hele portrettraditie van de Romeinen in feite van de Etrusken stamt. Grieken begonnen pas bij Alexander de Grote te hechten aan een precieze, 'persoonlijke', uitbeelding van de held. Romeinen waren daar allang mee vertrouwd via de Etruskische portretten die ze met name kenden van de sarcofagen. De portretten waren herinneringen aan de doden, maar hadden ongetwijfeld ook een religieuze betekenis, een teken dat op een of andere manier functioneerde in de communicatie tussen mens en goden, de goden van de onderwereld.
En zo moet ik mijn eigen, 'persoonlijke' teksten in deze blogserie dus opnieuw tegen het licht houden. Ze waren bedoeld als maskers, gemaskeerde verwijzingen naar mijn therapie, mijn verhouding tot mijn vader, mijn persoonlijke gevoelens die ik niet anders dan gecodeerd kon weergeven. Nu is er in zekere zin Phersu in het spel, een voor mij onbekende, maar in zekere zin ook zeer vertrouwde en zelfs intieme held uit een ver verleden. Minder dan ooit weet ik wat ik beken wanneer ik mijzelf beken, en wat ik doe wanneer ik mezelf maskeer, maar ik blijf er wel geïntrigeerd naar kijken.
donderdag 19 februari 2015
Klank of wat?
Ergens las ik dat het woord persona niet eens van de Romeinen zelf stamt maar van de Etrusken. Het leek me sterk, want ik dacht altijd dat persona te maken heeft met door iets heen (per) kinken (sonare). Ik kan nu gaan googelen, en dat ga ik zeker ook wel doen, maar ik heb ook geleerd om voor ik iets ga opzoeken zelf eerst een idee of verwachting te formuleren. Dat geeft richting, want uiteindelijk zijn de selectiemogelijkheden veel groter dan wat ik nodig heb.
Wat heb ik dan nodig van persona? En waarom moet de etymologie kloppen?
Is etymologie zelf niet een soort persona, in de zin dat de herkomst van woorden door de woorden zelf heenklinkt? En dat die woorden hun ware betekenissen maskeren, zodat je aangewezen bent op de etymologie om alsnog de ware betekenissen te kennen?
Een klank, zo neem ik aan, is moeilijk te scheiden van zijn echo. Het kan zelfs zijn dat die klank zelf echo is. Er is dus altijd hoe dan ook een aspect van personare, van persona, persona in de zin van doorklinken.
Niets meer of minder dan Europa staat op het spel. Europa, een bonte verzameling die wacht totdat iets doorklinkt, een ene stem of iets dergelijks. Stellen we vast dat het de Etrusken zijn, zij alvast maar wellicht ook andere quasi-oervolkeren van Europa. Zo wordt gezegd dat de Macedoniërs zich verbonden met de Grieken, waardoor de Grieken ineens Europeaan werden. Maar dus ook die Etrusken.
Het lijkt erop dat we ineens niet meer weten wat er doorklinkt. We weten niet meer wie we zijn. Het is niet alleen iets van de Oudheid. Het is ook iets persoonlijks. Het persoonlijke is politiek. Wat zeg ik? Het politieke wordt meegesleept in de val van de persona. Europa, niet meer dan een masker van die onbekende, verdrongen Etrusken. Een 'masker'.
Wat heb ik dan nodig van persona? En waarom moet de etymologie kloppen?
Is etymologie zelf niet een soort persona, in de zin dat de herkomst van woorden door de woorden zelf heenklinkt? En dat die woorden hun ware betekenissen maskeren, zodat je aangewezen bent op de etymologie om alsnog de ware betekenissen te kennen?
Een klank, zo neem ik aan, is moeilijk te scheiden van zijn echo. Het kan zelfs zijn dat die klank zelf echo is. Er is dus altijd hoe dan ook een aspect van personare, van persona, persona in de zin van doorklinken.
Niets meer of minder dan Europa staat op het spel. Europa, een bonte verzameling die wacht totdat iets doorklinkt, een ene stem of iets dergelijks. Stellen we vast dat het de Etrusken zijn, zij alvast maar wellicht ook andere quasi-oervolkeren van Europa. Zo wordt gezegd dat de Macedoniërs zich verbonden met de Grieken, waardoor de Grieken ineens Europeaan werden. Maar dus ook die Etrusken.
Het lijkt erop dat we ineens niet meer weten wat er doorklinkt. We weten niet meer wie we zijn. Het is niet alleen iets van de Oudheid. Het is ook iets persoonlijks. Het persoonlijke is politiek. Wat zeg ik? Het politieke wordt meegesleept in de val van de persona. Europa, niet meer dan een masker van die onbekende, verdrongen Etrusken. Een 'masker'.
zondag 1 februari 2015
Het gewicht van afscheid
Wat heerlijk om de zaak af te sluiten en de lege ruimte in te stappen!
Na zoveel jaren afscheid is de opluchting verminderd. Ik doe de deur achter me dicht en kom meteen weer de vrouw tegen van wie ik zojuist nog afscheid had genomen.
Een andere vrouw zei: je hechting is geslaagd, toen ik haar meldde dat haar stem mij zou blijven vergezellen zoals de instructeur nog denkbeeldig op de achterbank zit.
Zo zou een afscheid zonder gewicht kunnen voelen.
Maar heb je dan het gewicht van het afscheid wel gevoeld?
Daarvoor moet je dan toch weer naar je angst en strijd. Dat zegt precies die stem die daarmee dus laat horen dat je geen afscheid had genomen.
Wat je dan voelt is verdriet. Een gewichtloos verdriet omdat je het verdriet van afscheid niet genoeg had gevoeld. Een verdriet om het zonder verdriet zijn.
Russen zeiden vroeger 'vergeef me!' als ze op reis gingen. De uitdrukking is versleten en inmiddels beter vertaalbaar als 'vaarwel'.
Zo houdt ook het gewicht van afscheid zich schuil achter de dichtgevallen deur.
Na zoveel jaren afscheid is de opluchting verminderd. Ik doe de deur achter me dicht en kom meteen weer de vrouw tegen van wie ik zojuist nog afscheid had genomen.
Een andere vrouw zei: je hechting is geslaagd, toen ik haar meldde dat haar stem mij zou blijven vergezellen zoals de instructeur nog denkbeeldig op de achterbank zit.
Zo zou een afscheid zonder gewicht kunnen voelen.
Maar heb je dan het gewicht van het afscheid wel gevoeld?
Daarvoor moet je dan toch weer naar je angst en strijd. Dat zegt precies die stem die daarmee dus laat horen dat je geen afscheid had genomen.
Wat je dan voelt is verdriet. Een gewichtloos verdriet omdat je het verdriet van afscheid niet genoeg had gevoeld. Een verdriet om het zonder verdriet zijn.
Russen zeiden vroeger 'vergeef me!' als ze op reis gingen. De uitdrukking is versleten en inmiddels beter vertaalbaar als 'vaarwel'.
Zo houdt ook het gewicht van afscheid zich schuil achter de dichtgevallen deur.
Abonneren op:
Posts (Atom)